Twee weken geleden kregen we de vraag* of we twee kittens van een week of vier oud konden opvangen. Ze waren door de moeder verstoten, en de boer had ze binnengehaald en wat melk gegeven, maar hij kon ze niet verder zelf verzorgen.
Een medewerker van een andere stichting heeft de ieniemini meisjes opgehaald en bij ons gebracht. Onderweg gaf zij al aan dat een van de kittens er wel erg slecht aan toe was, en het waarschijnlijk niet zou halen. Bij aankomst bleek ze al overleden. Beide diertjes waren véél te licht, nog niet de helft van wat ze op deze leeftijd zouden moeten wegen, en zaten onder de maden, vliegeneitjes en vlooien. Het is heel verdrietig dat we het ene zusje niet hebben kunnen redden. Wat we nog wel konden doen, was haar een naam geven. Dat werd Elfje.
Voor het andere frummeltje zouden we ons uiterste best gaan doen. We gaven haar de naam Erwtje. Ze kreeg lavendelbadjes om de maden te doden, en kittenmelk vermengd met mousse om aan te sterken. In haar mandje een warmtekussentje en een knuffel met hartslag. En dan begint het spannende afwachten, duimen en hopen dat dit kleintje het wel gaat redden.
Erwtje blijkt een pittig dametje, dat, hoe klein ze ook is, zich niet klein laat krijgen. Ze eet, slaapt, knuffelt en spint, en groeit heel goed. Ze begint nu op een echte kitten te lijken. Wat een lief knuffelkontje is ze.
Binnenkort gaan we op zoek naar een leeftijdgenootje en maatje voor haar om samen mee op te groeien.
* In het hele land zijn er stichtingen zoals de onze. De een wat kleiner, de ander wat groter. We werken samen met een aantal van deze organisaties. We wisselen ervaringen en informatie uit. Als wij ergens niet de middelen of expertise voor hebben, heeft een ander dat wel. Als een ander geen plek meer heeft voor opvang, hebben wij dat misschien wel. En soms wil je gewoon even je verdriet kwijt, of juist een mijlpaal delen. Dit werkt heel prettig, en zo samenwerkend kunnen we nóg meer dieren helpen.
Geef een reactie